Afgelopen jaren is hard gewerkt om de teelt van zoete aardappelen ook in ons klimaat mogelijk te maken. Na veel uitproberen en de juiste rassen uitzoeken, is dat nu inmiddels goed gelukt.
Daardoor kunnen we nu genieten van zoete aardappelen die geteeld zijn in de vruchtbare polders en zijn we niet meer afhankelijk van import uit bijvoorbeeld Amerika, Egypte of het Middellandse zee gebied.
Dat is toch een stuk duurzamer!
In tegenstelling tot een gewone aardappel, wordt een zoete aardappelen geplant.
De jonge plantjes worden in het voorjaar als stekjes of in perspotjes bij ons geleverd.
Afhankelijk van het soort plantgoed (stekjes of perspotjes) worden de planten met de hand in de rug geplaatst of met een plantmachine geplant. We planten zo’n 40.000 stuks per hectare. Beide methodes zijn een heel karwei.
Gedurende de zomer kunnen de planten lekker groeien en zullen de knollen steeds groter worden tot ze hun kenmerkende vorm hebben.
Rond oktober worden de zoete aardappelen gerooid. En daarna in kisten opgeslagen.
Er volgt nog een uithardingsproces waardoor de zoete aardappelen hun kenmerkende zoete smaak, stevige schil en lange bewaarbaarheid krijgen.